Welkom terug bij de cursus Een Verenigd Front. Nu jij de lessen van deze cursus tot hiertoe hebt gevolgd, is het mijn gebed dat jij hoop en troost in het Evangelie van Jezus Christus hebt gevonden en dat jij daarnaast een verenigd front vormt met jouw echtgenoot.
In Mattheüs 5:4, waar Jezus tot Zijn discipelen sprak, zei Hij: “Zalig zijn zij die treuren, want zij zullen vertroost worden.” Dit liet Hij, toen Hij opsteeg, volgen door de belofte dat Hij een andere Trooster zou sturen Die bij en in Zijn volgelingen zou zijn (Johannes 14:16-17), namelijk: de Heilige Geest.
In de les van vandaag gaan wij kijken naar wat het betekent om door God getroost te worden en hoe zij die getroost zijn, reageren. Laten we samen het volgende Bijbelgedeelte lezen: “Geprezen zij de God en Vader van onze Heere Jezus Christus, de Vader van de barmhartigheden en de God van alle vertroosting, (4) Die ons troost in al onze verdrukking, zodat wij hen kunnen troosten die in allerlei verdrukking zijn, met de vertroosting waarmee wij zelf door God getroost worden. (5) Want zoals het lijden van Christus overvloedig over ons komt, zo is door Christus ook onze vertroosting overvloedig.” (2 Korinthe 1:3-5).
Vraag 1. Wie troost ons volgens 2 Korinthe 1:3-5 en waarom doet Hij dat?
Paulus spreekt tot de Korinthiërs vol lof over God, Die ons troost, zodat wij in staat zijn om anderen te troosten met de troost die wij van Jezus ontvangen hebben. Let er daarbij op dat wij delen in Christus' verdrukking en hoe wij door Christus ook delen in Zijn vertroosting. Als eerste vinden wij troost in de boodschap van het kruis, de liefde die Jezus voor ons uitstortte om ons te vergeven en ons te bevrijden. Zoals bedelaars die het brood en de rijkdommen deelden (2 Koningen 7:3-10), zo delen wij in de krachtige boodschap van Jezus Christus en Die gekruisigd met anderen om hen van dezelfde troost te voorzien die wij van Christus ontvingen aan de voet van het kruis.
Opdat we zeker kunnen zijn van deze boodschap van troost die wij hebben ontvangen, laten wij dan even de tijd nemen om ons hieraan te herinneren door een aantal gedeelten uit Jesaja 53 opnieuw te lezen:
“Hij was veracht, de onwaardigste onder de mensen, een Man van smarten, bekend met ziekte, en als iemand voor wie men het gezicht verbergt; Hij was veracht en wij hebben Hem niet geacht. (4) Voorwaar, onze ziekten heeft Híj op Zich genomen, onze smarten heeft Hij gedragen. Wíj hielden Hem echter voor een geplaagde, door God geslagen en verdrukt.” (Jesaja 53:3-4).
Om ons te troosten en onze last te verlichten heeft onze Jezus geleden en werd Hij veracht en verworpen door de mens. Hij heeft onze smarten (angsten) en ziekten op Zich genomen. (Filippenzen 4:4). Hij werd meerdere malen geslagen met vuisten en zwepen en zelfs nog erger: Hij werd door God geslagen en verdrukt.
Mijn hart doet bijna zeer van dankbaarheid, als ik nadenk over hoe onze volmaakte en onschuldige Heer dit alles heeft doorstaan, zodat wij aanvaard, verwelkomd en met vreugde ontvangen zouden worden door de Vader (Efeze 1:6). Wij kunnen al onze angsten en zorgen op Christus werpen (1 Petrus 5:7) en vreugde kennen midden in de meest verschrikkelijke omstandigheden, omdat Jezus onze smart en ziekte heeft gedragen. Jezus heeft deze op Zich genomen en Hij heeft de beker van Gods toorn tegen de zonde leeggedronken, zodat wij de beker van vrijheid konden drinken. Wat een opluchting te weten dat wij– als gelovigen– nooit zonder hoop zullen zijn, omdat onze hoop verankerd is in Christus en Zijn volbrachte werk aan het kruis (Hebreeën 6:19). Wat een troost!
“Maar Hij is om onze overtredingen verwond, om onze ongerechtigheden verbrijzeld. De straf die ons de vrede aanbrengt, was op Hem, en door Zijn striemen is er voor ons genezing gekomen. (6) Wij dwaalden allen als schapen, wij keerden ons ieder naar zijn eigen weg. Maar de HEERE heeft de ongerechtigheid van ons allen op Hem doen neerkomen. (7) Toen betaling geëist werd, werd Híj verdrukt, maar Hij deed Zijn mond niet open. Als een lam werd Hij ter slachting geleid; als een schaap dat stom is voor zijn scheerders, zo deed Hij Zijn mond niet open.” (Jesaja 53:5-7).
Vraag 2. Wat spreekt jou het meeste aan van alles wat Christus volgens Jesaja 53:5-7 heeft geleden en waarom?
Log in / maak een account aan om u in te schrijven of verder te gaan waar u gebleven was.