Les 20. Gered om aangenomen te worden in Gods gezin (deel 1)

Vraag 3 en 4

  • God heeft jou bekwaam gemaakt om te delen in de erfenis (Kolossenzen 1:12)!
Wauw, denk daar eens goed over na! Vanwege onze zonde hadden wij geen deel aan Gods gezin, waren wij niet in staat om in Gods aanwezigheid te verkeren en hadden wij geen eeuwige erfenis. Maar toen kwam Jezus! Door Zijn leven, dood en opstanding heeft Jezus ons in het gezin van God gebracht, waardoor wij bekwaam zijn om te delen in de erfenis van Gods gezin.
WIJ DELEN IN HET EEUWIGE LEVEN EN DE LIEFLIJKHEDEN VOOR ALTIJD ALS GODS CADEAU VOOR ONS, ONS ERFDEEL.
“Hij heeft ons voorbestemd om als Zijn kinderen aangenomen te worden, door Jezus Christus, in Zichzelf, overeenkomstig het welbehagen van Zijn wil,” (Efeze 1:5).

Vraag 3. Welke gedachten en gevoelens heb jij als je erover nadenkt dat God jou heeft aangenomen in Zijn gezin en door het Evangelie jou bekwaam heeft gemaakt om te delen in de eeuwige erfenis?

Log in / maak een account aan om u in te schrijven of verder te gaan waar u gebleven was.
Bill schrijft: “Dit maakt dat ik stil sta en vol verwondering ben. Te beseffen dat God het heerlijk vond om mij in Zijn gezin aan te nemen. Op mijn “geestelijk” geboortebewijs staat Gods naam als mijn Vader. Het oude geboortebewijs waar Satan als mijn vader op stond, is niet langer meer geldig.”
  • God heeft ons gered uit de macht (heersende kracht) van de duisternis en heeft ons overgebracht naar het rijk van Zijn geliefde Zoon Jezus Christus (Kolossenzen 1:13).
Toen Jezus naar het kruis ging, was Hij bezig met de uitvoering van een redding: de grootste redding aller tijden. Alle mensen waren onder de macht van de duisternis en de dood; toen Jezus naar het kruis ging, moest Hij deze verschrikkelijke duisternis binnengaan om ons te redden. Toen Jezus aan het kruis hing en in onze plaats stierf, werd het donker (het was middag, maar Jezus hing in volledige duisternis) gedurende drie uren en op het geschikte moment gaf Jezus Zijn geest en stierf.
“En vanaf het zesde uur kwam er duisternis over heel de aarde, tot het negende uur toe. (46) Ongeveer op het negende uur riep Jezus met een luide stem: Eli, Eli, lama sabachtani? Dat betekent: Mijn God, Mijn God, waarom hebt U Mij verlaten? (50) Jezus riep nogmaals met luide stem en gaf de geest.” (Mattheüs 27:45-46 en 50).
Sta hier eens bij stil:
Jezus ging de duisternis binnen om jou te redden. Hij stierf om jou te redden. Toen Hij jouw zonden op Zichzelf had genomen, werd Hij verworpen en verlaten door Zijn Vader, opdat jij aanvaard, omhelsd en verwelkomd werd in Zijn gezin.

Vraag 4. Welke gedachten komen er bij jou boven, als jij nadenkt welk wonder Jezus aan het kruis voor jou heeft gedaan?

Log in / maak een account aan om u in te schrijven of verder te gaan waar u gebleven was.





Mediaverslaving