Beste student, welkom terug bij de cursus. Wij voelen ons zo gezegend dat jij overweegt om mentor te worden bij Setting Captives Free, maar het is wel goed om te weten welke uitdagingen er voor jou liggen, als jij je bij het team van vrijwilligers aansluit.
Mentor zijn bij Setting Captives Free is een unieke ervaring. Jij zit achter een computer, ontvangt lessen van studenten die jij waarschijnlijk nog nooit ontmoet hebt, jij bidt voordat je gaat reageren, jij denkt na hoe je hen kunt wijzen op het kruis en hen kunt helpen met hun problemen en dan schrijf jij jouw reactie. Sommige studenten beginnen het te snappen, kijken naar het kruis, ervaren de kracht van de Heilige Geest, worden diep in hun hart geraakt en vinden genezing, hun verstand wordt vernieuwd en hun leven wordt veranderd. Maar bij velen is dat niet het geval. De meesten die niet of bijna niet positief reageren op onze bediening van het Evangelie, zullen stoppen met het volgen van de cursus zonder dat zij nog iets van zich laten horen, laat staan jou bedanken voor jouw hulp.
Van degenen van wie het hart door God geopend wordt om te reageren op het Evangelie (Handelingen 16:14), zijn er veel die bijna niet reageren op jouw reactie. Als zij de cursus afronden, zijn zij blij en dankbaar, maar noemen nooit jouw naam. Heel af en toe uit iemand zijn dankbaarheid voor jou als mentor en zal iemand jou persoonlijk bedanken, maar dat is zeldzaam.
Als jij nadenkt over dit lastige aspect van het mentor zijn bij Setting Captives Free, lees dan het navolgende gedeelte aandachtig door:
“En het gebeurde, toen Hij naar Jeruzalem reisde, dat Hij dwars door Samaria en Galilea heen trok. (12) En toen Hij een zeker dorp wilde binnengaan, kwamen tien melaatse mannen naar Hem toe, die op een afstand bleven staan. (13) En zij verhieven hun stem en zeiden: Jezus, Meester, ontferm U over ons. (14) En toen Hij hen zag, zei Hij tegen hen: Ga heen en toon uzelf aan de priesters. En het gebeurde, terwijl zij heengingen, dat zij gereinigd werden. (15) En toen één van hen zag dat hij genezen was, keerde hij terug, terwijl hij met luide stem God verheerlijkte. (16) En hij wierp zich met het gezicht ter aarde voor Zijn voeten en dankte Hem. En dit was een Samaritaan. (17) Toen antwoordde Jezus en zei: Zijn niet de tien gereinigd? Waar zijn dan de negen anderen? (18) Zijn er dan geen anderen gevonden die terugkeren om God de eer te geven dan deze vreemdeling? (19) En Hij zei tegen hem: Sta op en ga heen. Uw geloof heeft u behouden.” (Lukas 17:11-19).
Vraag 2. Wat vroeg Jezus aan de Samaritaan die terugkeerde?
Log in / maak een account aan om u in te schrijven of verder te gaan waar u gebleven was.
Verplaats jij je eens in Jezus. Hij genas door Zijn macht als God en vanwege de ontferming in Zijn hart persoonlijk tien melaatsen. Zij werden als nieuw, zij hoefden niet langer meer uit te roepen “onrein, onrein”, als zij andere mensen op straat tegenkwamen. Zij hoefden niet langer meer afgezonderd van anderen te leven, zij konden eindelijk weer de vreugde ondervinden van het aangeraakt worden door andere mensen, verenigd worden met hun familie, de gezamenlijke erediensten bezoeken en productieve leden van de samenleving zijn.
Toch bleven negen van de tien weg; zij kwamen niet terug om hun dankbaarheid aan Jezus bekend te maken.
Vraag 3. Hoe zou jij je persoonlijk voelen als jou dit overkwam?
Log in / maak een account aan om u in te schrijven of verder te gaan waar u gebleven was.