Ter inleiding op deze les vraag ik jou om je Jezus’ dode lichaam voor te stellen, liggend in de graftombe. Zijn levenloze lichaam heeft gedurende drie dagen en drie nachten in het graf gelegen. Geen hart- of polsslag, geen zuurstof in Zijn longen noch leven in Zijn lichaam.
Dan ineens: Jezus’ hart begint weer te kloppen, zuurstof vult Zijn longen en het leven keert terug in het lichaam van Jezus Christus. Op een wonderbaarlijke manier komt Hij tot leven, staat op uit de dood, baant Zich een weg uit het graf en stijgt op naar de hemel om voor altijd te leven!
Als jij dit met jouw verstandelijke ogen kunt zien, dan begrijp je wat er nodig is om jou en mij vrij te krijgen uit de lust en seksuele onreinheid. Het vraagt letterlijk om dezelfde kracht die Jezus uit de dood liet opstaan. Die kracht is nodig om voor ons een weg te kunnen banen uit de graven van zonde en ongehoorzaamheid.
Laten we nu eens lezen wat de Bijbel hierover zegt:
“Ook u heeft Hij met Hem levend gemaakt, u die dood was door de overtredingen en de zonden, (2) waarin u voorheen gewandeld hebt, overeenkomstig de leefwijze van deze wereld, overeenkomstig de wil van de aanvoerder van de macht in de lucht, van de geest die nu werkzaam is in de kinderen van de ongehoorzaamheid, (3) onder wie ook wij allen voorheen verkeerden, in de begeerten van ons vlees, door de wil van het vlees en de gedachten te doen; en wij waren van nature kinderen des toorns, evenals de anderen. (4) Maar God, Die rijk is in barmhartigheid, heeft ons door Zijn grote liefde, waarmee Hij ons liefgehad heeft, (5) ook toen wij dood waren door de overtredingen, met Christus levend gemaakt – uit genade bent u zalig geworden – 6 en heeft ons met Hem opgewekt en met Hem in de hemelse gewesten gezet in Christus Jezus” (Efeze 2:1-6).
Efeze 2:1-3 beschrijft onze toestand wanneer wij in zonde en ongeloof leven. Het zegt dat wij dood zijn en vervolgens beschrijft het wat wij doen, terwijl wij dood zijn in onze zonden: wij waren ongehoorzaam, wij volgden de duivel en wij waren verdorven. Dat is hoe een geestelijk dood persoon leeft. Dat is hoe wij allemaal zijn geweest: los van Christus.
De harde waarheid is dat wij op elk moment dat wij niet in Christus blijven, zelfs tijdelijk op die momenten dat wij weer beginnen te leven en handelen naar onze oude mens, weer op onze oude geestelijk dode ik kunnen gaan lijken.
Geen christen is geestelijk dood, maar wij kunnen daar zeker op lijken. Bedenk dat ons vlees nog niet is verlost (Romeinen 8:23). Het vlees is dat deel van een gelovige dat trouweloos, nog steeds opstandig en nog steeds dood voor God is.
Vraag 1. Hoe noemt Efeze 2:1 ons, terwijl wij ongelovig zijn?
Log in / maak een account aan om u in te schrijven of verder te gaan waar u gebleven was.
Christopher schrijft: “Wij waren dood in onze zonden en overtredingen. In de Bijbel wordt “dood in zonden” gezien als afgesneden zijn van de verbondsbeloften van God – vanwege onze overtredingen. Als wij zondigen, dan leven wij niet ten volle, maar zijn wij slaven van de zonde. Het onttrekt al onze energie om ten volle te kunnen leven. De zonde ontneemt ons de blijdschap en vrede. Daarom kwam Christus om ons te bevrijden van onszelf.”
Inderdaad, wij zijn geboren als “dood in onze zonden”. Dat betekent dat wij, hoewel wij fysiek levend zijn, geestelijk dood zijn. Levend voor de zonde, maar dood voor God. Levend voor de lusten van het vlees, dood voor de Geest.
Opnieuw: als wij kiezen om niet in Christus te blijven, maar in de plaats daarvan in het vlees te leven, dan leven wij alsof wij geestelijk dood zijn. Wij zijn dat niet, maar niemand zou het kunnen opmaken uit wat men ziet.
Als wij niet in Christus blijven, dan leven wij in het vlees, dan kijken en handelen wij net zoals wij deden toen wij ongelovigen waren. Het is alsof wij rondwandelen in ons oude, dode lichaam!
Het is heel belangrijk om te begrijpen dat wij, als wij niet in Christus zijn, voor God echt dood zijn. Het is niet dat wij in onze zonden verdrinken; nee, wij zijn dood in onze zonden. Wij hebben in ons geen leven voor God.
Hoe ziet ons leven eruit, als wij nadenken over deze Bijbelse waarheden? Aan het begin van onze geestelijke wandeling was de Bijbel een doods boek voor ons. Wij waren er niet in geïnteresseerd. Wij vonden het een dwaasheid om naar de kerk te gaan waar mensen zongen en dan hoorde je een of ander iemand iets vertellen over een saai onderwerp dat geen belang had voor ons leven. Wij waren dood voor God, afgesneden van Hem, Die de Levensbron is van alle mensen.
Vraag 2. Waar wordt dit dode leven volgens Efeze 2 door gekarakteriseerd (einde van vers 2)?
Log in / maak een account aan om u in te schrijven of verder te gaan waar u gebleven was.