Les 35. Van dood naar leven

Vraag 1 en 2


En Hij heeft u, toen u dood was in de overtredingen en het onbesneden zijn van uw vlees, samen met Hem levend gemaakt door u al uw overtredingen te vergeven, en het handschrift dat tegen ons getuigde, uit te wissen. Dit handschrift was met zijn bepalingen tegen ons gericht, en Hij heeft dat uit het midden weggenomen door het aan het kruis te nagelen.
Kolossenzen 2:13-14
Welkom terug in de cursus, goed dat je hier weer bent!
Vandaag gaan wij door met onze Bijbelstudie naar aanleiding van Kolossenzen 2, waarbij wij kijken naar de zegeningen van het kruis en zien hoe zij van toepassing zijn, als wij op zoek zijn naar vrijheid van seksuele onreinheid. Tot nu toe hebben wij nagedacht over onze geestelijke besnijdenis, doop, begrafenis en opstanding, welke God allemaal voor ons in het Evangelie tot stand heeft gebracht. Wij zagen dat deze zegeningen niet alleen zien op onze tijd van bekering, maar ook dat het zegeningen zijn die wij ook nu nog genieten, als wij onze ogen richten op Jezus en gedurende de tijd veranderd worden naar Zijn beeld.
Vandaag gaan we zien dat wat Jezus aan het kruis tot stand heeft gebracht een echt wonder van leven is. Het is niet alleen dat Hij ons heeft gered, toen wij aan het verdrinken waren, dat Hij ons uit de put heeft geholpen, ons heeft genezen toen wij ziek waren of gered heeft uit de val, maar in plaats daarvan heeft Hij ons door Zijn dood en opstanding overgebracht van de dood naar het leven.

Vraag 1. Hoe beschrijft Kolossenzen 2:13 ons, toen wij nog leefden in het onbesneden zijn van ons vlees?

Log in / maak een account aan om u in te schrijven of verder te gaan waar u gebleven was.
Inderdaad, wij waren dood in onze overtredingen. Het is natuurlijk wel duidelijk dat wij fysiek in leven waren, dat is ook de reden dat Paulus hier spreekt over ons geestelijk dood zijn. Dat wil zeggen: wij waren afgezonderd van het leven met God, afgesneden van de Levensbron. Voordat wij tot geloof in Christus komen, zijn wij geestelijk dood in onze zonden. Jezus moet ons dus overbrengen van dood naar leven. Maar deze opstandingskracht is noodzakelijk ook voor ons die geloven. Nadat wij tot geloof in Christus komen, kan gewoontezonde ervoor zorgen dat wij ons persoonlijk “dood” voelen en voor anderen kan het ook lijken alsof wij geestelijk “dood” zijn (Kolossenzen 2:19). Wij hebben de levengevende kracht van Christus nodig in zowel onze redding als in onze heiliging.
Kun jij je die tijd in jouw leven voorstellen? Voor mij was dat een tijd waarin ik elke dag in ongeloof en opstandigheid leefde. Ik zat verstrikt in pornografie en zelfbevrediging, wat weer leidde tot seksuele onreinheid en allerlei andere soorten van onreinheid. De zonde leek wel de plek te zijn waar ik alleen plezier kon hebben, datgene wat ervoor zorgde dat mijn overnachtingen in een hotel minder saai waren. Ik gaf geen of heel weinig aandacht aan God, ik wilde alleen de begeerten van mijn vlees uitleven. Zelfs nadat ik tot geloof kwam in Jezus, bleef de seksuele onreinheid, omdat mijn vlees zo zwak was en ik moest leren hoe ik het Evangelie aan mijn hart en in mijn leven kon toepassen om echt vrij te kunnen zijn.

Vraag 2. Het kan heel behulpzaam zijn om te erkennen wie wij apart van Christus zijn. Hoe was jouw leven toen jij “dood in overtredingen” was?

Log in / maak een account aan om u in te schrijven of verder te gaan waar u gebleven was.
Billy schrijft: “Ik gaf toe aan elke zonde die mij mezelf een tijdje goed liet voelen. God was een afleiding en ik had in mijn eigen denken bedacht dat Hij niet echt bezig was om mij te redden als ik verleid werd. Ik rende dan ook heel vlug naar mijn zonde en nam uren de tijd om de grote slag te slaan. Daarna, onmiddellijke spijt.”
Puur Leven Vervolg