Les 2. Gods doel met de slavernij aan de zonde: het geven van genade

Vraag 6

Inderdaad, daar waar de overtreding of de zonde toeneemt, daar is de genade meer dan overvloedig geweest. Het perfecte voorbeeld vinden wij in de waarheid van het kruis: daar is de zonde tot het maximum toegenomen. Daar was sprake van een schijnproces, valse getuigen, een woedende menigte, het vrijlaten van een schuldige opstandeling genaamd Barabbas. Vervolgens veroordeelde het woedende volk Gods heilige Zoon, zij sloegen Zijn handen en voeten vast aan het kruis, zij verhoogden Hem voor de hele wereld om Hem uit te schelden en te beledigen. De zonde kwam hier tot spectaculaire hoogten. Maar waar de zonde toenam, nam de genade nog meer toe. Dwars door al deze zonde heen, redde God de wereld, vergaf zondaren, herstelde de verbroken relatie tussen Hem en de mensen en schonk eeuwig leven aan eenieder die in Hem gelooft.
En daar waar jij en ik verslaafd waren aan de zonde, of gevangen in de zonde, laat God de genade veel meer toenemen dan onze zonde.
De grootste en meest wonderlijke waarheid in de Bijbel is dat er meer genade in Jezus is dan dat er zonde in ons is, en dus kan onze zonde nooit de ontferming en genade van God overstijgen, kunnen wij nooit meer zondigen dan de ontferming en genade van God.
Heb jij uit gewoonte veel naar pornografie gekeken? God heeft genade en ontferming voor jou. Heb jij overspel gepleegd? God heeft ontferming en genade voor jou. Ben jij op nog andere manieren onrein geweest? God heeft ontferming en genade voor jou.
Neem even de tijd en laat deze waarheid echt doorwerken in jouw hart en jouw verstand. Laat God op dit moment naar jou omzien, terwijl jij bedenkt dat Hij een doel had met jouw slavernij aan de zonde. Hij bedoelde dat voor jouw eigen heil. Zijn doel is om jou genade te geven.
Als wij terugkijken op mensen uit het verleden, dan zien wij wat we hierboven toelichtten. Laten we kijken naar hoe God omging met de zonde van de broers van een man genaamd Jozef (Genesis vers 37-5):
Jozefs broers waren zeer jaloers op hem. Toen Jozef nog een jonge man was en zijn vader hem naar zijn broers had gestuurd, zagen zij hem van verafaan komen en zij besloten om hem te vermoorden. Uiteindelijk besloten zij anders en besloten zij in plaats van moord om hem te verkopen als slaaf. Zij kregen een paar zilverstukken in ruil voor hem.
Jozef werd weggevoerd naar Egypte. Maar tijdens zijn gevangenschap blonk Jozef uit in alles wat hij deed, omdat de Heer met hem was. Uiteindelijk werd hij de op-een-na-belangrijkste heerser in het land van de Farao. En toen kwam er een tijd van hongersnood in het land van Kanaän en Jozefs broers werden naar Egypte gezonden om voedsel te kopen. Daar ontdekten zij dat hun broer, die zij zo slecht behandeld hadden en als slaaf hadden verkocht, nu de onderkoning van Egypte geworden was. Zij waren doodsbenauwd voor wat hij mogelijk ging doen. En let nu eens op de woorden die Jozef spreekt tegen zijn broers:
"Jozef zei tegen zijn broers: Ik ben Jozef! Leeft mijn vader nog? Maar zijn broers waren niet in staat om hem antwoord te geven, want zij waren door schrik voor hem overmand. (4) Jozef zei tegen zijn broers: Kom toch dichter bij me! En zij kwamen dichterbij. Toen zei hij: Ik ben Jozef, jullie broer, die jullie naar Egypte verkocht hebben. (5) Maar nu, wees niet bedroefd en laat jullie ogen niet in toorn ontvlammen omdat jullie mij hiernaartoe hebben verkocht, want God heeft mij vóór jullie uit gezonden tot behoud van jullie leven. (6) Deze twee jaren is er immers honger geweest in het midden van het land, en er komen nog vijf jaren waarin er geen ​ploegen​ of oogsten zal zijn. (7) God heeft mij vóór jullie uit gezonden, om voor jullie een overblijfsel veilig te stellen op aarde, en jullie door een grote uitredding in leven te houden. (8) Nu dan, niet jullie hebben mij hiernaartoe gestuurd, maar God. Hij heeft mij aangesteld als een vader voor de farao, als heer over heel zijn ​huis​ en als heerser over heel het land Egypte." (Genesis verzen 45:3-8).

Vraag 6. Waar in dit Bijbelgedeelte zien wij dat de zonde van de broers een middel was voor de genade die zij ontvingen?

Log in / maak een account aan to enroll or continue where you left off.
Stephen schrijft: “Vers 5 laat zien dat de zonde van het overleveren van Jozef aan de slavernij uiteindelijk voor hen ten goede is gekeerd. God bewees Zijn genade door de Egyptenaren te redden en daardoor ook Jozefs familie die gered werd van de hongersnood. Dus ook al hadden de broers iets verschrikkelijks gedaan, God bewees Zijn genade en ontferming.”
Ezekiel schrijft: “Jozef had de volmaakte positie om wraak te nemen, maar hij schonk ontferming in plaats van dat hij het vonnis voltrok vanwege het kwaad dat zijn broers hem hadden aangedaan. God is ook in de volmaakte positie om het recht over ons uit te oefenen, maar Hij strafte Jezus in onze plaats. Wij zien ook dat God een groter doel heeft met het lijden en het kwaad dat Jozef moest ondergaan. De reden was dat iemand op juist die plek zou komen om Zijn volk te redden van de ondergang.”
Puur Leven