Les 2. Gods doel met de slavernij aan de zonde: het geven van genade
Vraag 3 en 4
"Zoals ook u immers voorheen God ongehoorzaam was, maar nu ontferming verkregen hebt door hun ongehoorzaamheid, (31) zo zijn ook zij nu ongehoorzaam geworden, opdat ook zij door de ontferming die u bewezen is, ontferming zouden verkrijgen. (32) Want God heeft hen allen in ongehoorzaamheid opgesloten om Zich over allen te ontfermen. (33) O, diepte van rijkdom, zowel van wijsheid als van kennis van God, hoe ondoorgrondelijk zijn Zijn oordelen en onnaspeurlijk Zijn wegen!" (Romeinen 11:30-33).
Wat Paulus hier feitelijk zegt is dit: het volk Israël is ongehoorzaam geworden aan God en deze ongehoorzaamheid is uitgelopen op de kruisiging van de Zoon van God, maar het was door hun ongehoorzaamheid dat er redding tot stand kwam voor zowel de Joden als de heidenen (iedereen die geen Jood is). God gebruikt de ongehoorzaamheid van Israël om genade te geven aan de heidenen door de dood van Jezus aan het kruis. Het belangrijkste punt hier is dat God Israëls ongehoorzaamheid gebruikte om genade aan anderen te geven.
Vraag 3. Welke duidelijke reden vind je in Romeinen 11:31 voor Israëls ongehoorzaamheid?
Log in / maak een account aan to enroll or continue where you left off.
Is het niet heel erg bijzonder om te bedenken dat: “ook zij nu ongehoorzaam geworden zijn, opdat ook zij … ontferming zouden verkrijgen?” Inderdaad, door hun eigen ongehoorzaamheid door het kruisigen van hun Verlosser, hebben zij voor niets het cadeau van de verlossing gegeven. Wat onvoorstelbaar bijzonder!
Maar er komt nog meer bijzonders. Paulus gaat van het specifieke naar het algemene over.