“U bent van Christus losgeraakt, u die door de wet gerechtvaardigd wilt worden; en daarmee bent u uit de genade gevallen.” (Galaten 5:4).
De zin “uit de genade gevallen” is door de jaren heen enorm misbruikt. Het is een typische beschrijving geworden van iemand die belasterd is doordat hij of zij faalde. Politici die betrapt werden op een leugen, atleten die doping hebben gebruikt, voorgangers die hebben gefaald, artiesten die net doen alsof, enzovoort. Maar in de context van de Bijbel betekent “uit de genade gevallen” dat iemand van Christus is losgeraakt en zich keert tot de wet om zo rechtvaardig te worden voor God en bij anderen.
Heb jij ooit gezondigd en dan God om vergeving gevraagd om vervolgens door te gaan met hard werken om het weer "goed te maken" met God? Dat is uit de genade vallen.
Misschien heb jij voor jouw redding gekeken naar de dood en opstanding van Christus, maar nu denk je dat jij in staat bent om jouw problemen met zonde zelf te kunnen oplossen door een programma te volgen of door extra veel goede werken te doen om daarmee jouw zonden te compenseren. Als dat zo is, dan ben je uit de genade gevallen.
Heb jij aanstoot genomen aan een schandalige zonde van iemand anders? Heb jij een afkeer van hen gekregen, toen zij vergeving en herstel ontvingen, nadat zij zich bekeerd hadden? Zorgt jouw eigen persoonlijke pijn ervoor dat jij niet in staat bent om je te verheugen in de zondaar die zich bekeert? Dan ben jij uit de genade gevallen.
“Uit de genade gevallen” in de context van dit Bijbelgedeelte betekent niet dat iemands redding verloren is gegaan. “Uit de genade gevallen” betekent dat je van Christus los bent geraakt en je je naar de wet hebt gekeerd om geheiligd te worden.“Uit de genade gevallen” is het volgen van een Farizese manier van leven dat draait om uiterlijke schijn, het eigen vlees, de eigen verdiensten en de eigen ik. “Uit de genade gevallen” betekent dat jij aan het werk gaat voor jouw heiliging, los van de genade van God en dat jij niet de genade ervaart die overvloedig te vinden is aan het kruis van Christus. Als jij dit niet ervaart, ben jij ook niet in staat om het aan anderen te geven.
Dit was de ervaring van de gelovigen in Galatië. Zij begonnen met het “zien” van het beeld van Jezus Christus en Die gekruisigd, dat Paulus voor hen had “geschilderd” met de woorden van het Evangelie (Galaten 3:1). Zij geloofden deze boodschap. Zij werden gered door genade, alleen door het geloof in Christus en Die gekruisigd. Zij werden gerechtvaardigd voor de Vader door het bloed van het Lam aan het kruis.
Maar toen werden zij weggezogen bij het kruis met het idee dat de wet hun gids tot heiliging en volmaaktheid kon zijn. Dus schrijft Paulus: “O dwaze Galaten, wie heeft u betoverd om de waarheid niet te gehoorzamen; u voor wie Jezus Christus eerder voor ogen is geschilderd alsof Hij onder u gekruisigd was? (2) Dit alleen wil ik van u vernemen: Hebt u de Geest ontvangen uit de werken van de wet, of uit de prediking van het geloof? (3) Bent u zo dwaas? U die met de Geest begonnen bent, gaat u nu eindigen met het vlees?” (Galaten 3:1-3).
Beste student, als jij het zicht op het kruis van Christus verliest, ben jij uit de genade gevallen. Jij groeit niet in het Evangelie en wordt niet volwassen los van het kruis van Christus. Jij groeit alleen in de genade door in de liefde van Jezus te blijven die voortvloeit uit het kruis. “In Christus Jezus heeft namelijk niet het besneden zijn enige kracht, en ook niet het onbesneden zijn, maar het geloof, dat door de liefde werkzaam is.” (Galaten 5:6) en “Hieraan leerden wij de liefde kennen, dat Hij voor ons Zijn leven heeft gegeven. Ook wij moeten voor de broeders het leven geven.” (1 Johannes 3:16).
Als een gelovige behoor je de Heer toe (Romeinen 14:8). Als jij God welgevallig wilt zijn, moet je geloven in Jezus (Johannes 6:29), Zijn liefde ervaren (1 Johannes 4:16) en aangetrokken worden door Zijn liefde (2 Korinthe 5:14). In Christus is de genade overvloedig en overwint de liefde.
De wet brengt jou naar veroordeling, oordeel en lijden, maar aan het kruis nam Christus jouw plaats in. Jezus vervulde voor jou de wet en rekende Zijn gerechtigheid aan jou toe. Genade was aan het kruis, overvloedig voor jou. Raak niet verstrikt in de wet. “Want het einddoel van de wet is Christus, tot gerechtigheid voor ieder die gelooft.” (Romeinen 10:4).