Beste student, welkom terug bij de Mentorcursus.
Zoals jij je zult herinneren, zijn dit de drie kernelementen van het mentor zijn: 1) het delen van jouw verhaal, 2) het delen van het Evangelie en 3) het bidden voor jouw student. Deze kunnen gebruikt worden in willekeurige volgorde, maar wij willen graag zeker zijn dat jij wel alle drie de elementen gebruikt in elke reactie op een les van een student.
In de vorige les hebben wij het gehad over het delen van stukken van jouw verhaal. Vandaag willen wij eerst verdergaan met de bediening van het gebed om het vervolgens in de volgende lessen te hebben over het belang van het delen van het Evangelie.
In de diverse hulpverleningsinstanties over de hele wereld komen mensen bij hun hulpverleners om hun problemen te delen en oplossingen te vinden. Misschien, omdat zij een ongelukkig huwelijk hebben of omdat zij in gewoontezonde leven, emotionele problemen doormaken of welke andere soort van moeilijkheid dan ook. Zij praten met hun hulpverlener, hun hulpverlener praat met hen en geeft advies. Het is een wederzijds gesprek.
Maar dat is niet hoe christenen elkaar moeten bedienen, want de bovenstaande manier van hulpverlening laat God erbuiten, Degene Die “Wonderlijk" en "Raadsman” (Jesaja 9:5) genoemd wordt. Degene Die in staat is om het hart van iedere persoon te veranderen. Christenen bedienen elkaar door bewust samen de Heer te zoeken en doelgericht naar Hem te luisteren vanuit Zijn Woord. Het is een driepersoonsgesprek.
“Bijbelse hulpverleners definiëren de mens als zowel geschapen als afhankelijk, maar ook verschrikkelijk verloren en zondig. Wij zien de mens als zijnde verantwoordelijk en hij moet 'voor zichzelf rekenschap geven aan God' (Romeinen 14:12), maar wij zien hem ook als slaaf van de zonde en niet in staat om zichzelf te verlossen (Johannes 8:34; Handelingen 4:12). Daarom wijzen wij een mens er niet op om naar zichzelf te kijken of buiten zichzelf naar een hulpverlener. In plaats daarvan wijzen wij hem op het Woord en naar de Heer van die Bijbel.” Elyse Fitzpatrick en Dennis Johnston, “Raadgeving vanuit het kruis: Het verbinden van gebroken mensen met de liefde van Christus”, blz. 188.
Zie het volgende verhaal als een voorbeeld van hoe jij mentor bent van studenten bij Setting Captives Free:
“En het gebeurde op een van die dagen dat Hij onderwijs gaf en dat er Farizeeën en leraars van de wet zaten, die van alle dorpen van Galilea en Judea en uit Jeruzalem gekomen waren. En er was kracht van de Heere om hen te genezen. (18) En zie, enkele mannen brachten op een bed een man die verlamd was, en zij probeerden hem binnen te brengen en voor Hem neer te leggen; (19) maar toen zij vanwege de menigte geen mogelijkheid vonden om hem naar binnen te brengen, klommen zij het dak op en lieten hem, tussen de daktegels door, met het bed neer in het midden, vóór Jezus. (20) En toen Hij hun geloof zag, zei Hij tegen hem: Man, uw zonden zijn u vergeven.” (Lukas 5:17-20).
Vraag 1. Hoe kunnen wij in dit verhaal zien dat het deze mannen ernst was om hun vriend bij Jezus te brengen?
Log in / maak een account aan to enroll or continue where you left off.
Deze mannen lieten zich door niets tegenhouden. Als de menigte te groot was om de verlamde man bij Jezus te krijgen, dan gingen zij over het dak. Als de daktegels in de weg lagen, dan haalden zij die weg. Zij deden alles om hun vriend bij Jezus te krijgen, omdat zij wisten dat Hij alleen deze verlamde man kon genezen.
In ons mentor zijn hebben wij niets bereikt, tenzij wij onze “verlamde” student bij Jezus krijgen. Gelukkig hoeven wij niet op een dak te klimmen en daktegels aan de kant te leggen; in plaats daarvan kunnen wij onze studenten in gebed bij de Heer brengen.
Vraag 2. Wiens geloof zag Jezus volgens Lukas 5:20 dat ervoor zorgde dat de verlamde man vergeven en vervolgens genezen werd?