Les 31. Verandering is een levenslang proces
Vraag 7 en 8
Wij moeten wel voorzichtig zijn om geen misbruik te maken van deze wonderbaarlijke genade, die God ons geeft, als een vrijbrief om te gaan zondigen. Het is alsof de duivel ons wil laten denken: “Oh, oké, dus als ik zondig, pleit Jezus voor mij en ik ontvang nieuwe genade. Dan kan ik dus doorgaan met zondigen, wetende dat al mijn zonden door het bloed van Jezus bedekt zijn en God mij door Christus aanziet en ik nog steeds rechtvaardig ben.” In Romeinen 6:1-2 wordt deze gedachtegang meteen weersproken:
Wat zullen wij dan zeggen? Zullen wij in de zonde blijven, opdat de genade toeneemt?
Volstrekt niet! Hoe zullen wij, die met betrekking tot de zonde gestorven zijn, nog daarin leven?
Romeinen 6:1-2
Het kan je helpen om dit Bijbelgedeelte uit het hoofd te leren, zodat je, als je verleid wordt, kunt oproepen dat jij met Jezus aan het kruis bent gestorven en in Hem weer bent opgestaan in een nieuw leven.
Ik wil deze les vandaag afsluiten met een voorbeeld van dit onderwijs dat, als wij vallen, wij nog steeds in Gods ogen rechtvaardig zijn, nog steeds bedekt worden door het bloed van Jezus vanwege het volbrachte werk van Christus aan het kruis. Dit is echt een prachtig beeld dat ons kan helpen onze vergeving te begrijpen, dat ons kan helpen te begrijpen hoe Gods genade is en hoe zij ons helpt in het herstellen van ons als wij gevallen zijn.
Het woord dat wij in 1 Johannes 2 zagen, “verzoening”, heeft een Hebreeuwse tegenhanger die vertaald wordt met “verzoendeksel”. Dit begrijpen laat ons een heel scala zien van wat genade in het Evangelie betekent, een prachtige studie van de zegeningen van het Evangelie waar wij hier nu onvoldoende tijd voor hebben. Maar laten we er toch kort met elkaar naar kijken. Lees het volgende Bijbelgedeelte door en beantwoord de daaropvolgende vragen:
Dan moet u een verzoendeksel van zuiver goud maken, zijn lengte tweeënhalve el en zijn breedte anderhalve el.
Vervolgens moet u twee cherubs van goud maken, als gedreven werk moet u ze maken, aan de beide uiteinden van het verzoendeksel. Maak één cherub aan het uiteinde aan de ene kant, en één cherub aan het uiteinde aan de andere kant;
als één geheel met het verzoendeksel moet u de cherubs maken, aan de beide uiteinden ervan. De cherubs moeten hun beide vleugels naar boven uitgespreid houden, terwijl ze met hun vleugels het verzoendeksel bedekken en hun gezichten naar elkaar toe gericht zijn; de gezichten van de cherubs moeten naar het verzoendeksel gericht zijn. Vervolgens moet u het verzoendeksel op de ark leggen, en in de ark moet u de getuigenis leggen, die Ik u geven zal.
Dan zal Ik u daar ontmoeten en van boven het verzoendeksel, van tussen de twee cherubs, die zich op de ark van de getuigenis zullen bevinden, zal Ik met u spreken over alles wat Ik u voor de Israëlieten gebieden zal.
Exodus 25:17-22
Daarna moet hij de bok slachten die als zondoffer voor het volk bestemd is, en zijn bloed binnen het voorhangsel brengen. Hij moet met zijn bloed doen zoals hij met het bloed van de jonge stier gedaan heeft, en dat op het verzoendeksel en vóór het verzoendeksel sprenkelen.
Leviticus 16:15
Vraag 7. Waar werd het verzoendeksel bovenop geplaatst en wat werd er op het verzoendeksel gesprenkeld? Dit zijn in werkelijkheid twee vragen, maar denk over beide eens na en geef dan jouw antwoorden:
Log in / maak een account aan om u in te schrijven of verder te gaan waar u gebleven was.
Vraag 8. Waar was de aanwezigheid van God in relatie tot het verzoendeksel?
Log in / maak een account aan om u in te schrijven of verder te gaan waar u gebleven was.