“waarin u ook met Hem bent opgewekt.” Toen Jezus opstond uit de dood, liet Hij Zijn grafkleed achter in het graf, wat symbool stond dat Hij onze zonde en de dood in het graf liet liggen. Met andere woorden: jouw zonden zijn niet alleen gestorven aan het kruis, maar zij werden ook begraven in het graf om nooit weer te verschijnen (Hebreeën 8:12, Hebreeën 10:7 en Micha 7:1). Dit is een heel belangrijk punt voor jou en mij. Wij zijn opgestaan met Christus, een “nieuwe mens ”met een nieuwe natuur. Wij hebben onze zonden achtergelaten in het graf. Die “oude mens” die van zonde hield, die van pornografie hield en seksuele onreinheid, is helemaal achtergebleven in het graf van Jozef. Wij zijn nu met Christus opgestaan in een nieuw leven. Dat is wat er gebeurt met mensen als hun hart door het kruis in beslaggenomen wordt, wij worden nieuw. Het gebeurt niet in een keer, en misschien denk je ook wel niet meteen: “Wauw, Ik voel mij als herboren.” Geef het de tijd. Blijf bij het kruis komen en ervaar de liefde van Jezus voor jou. Verandering kost tijd.
Vraag 6. Wat voor een praktische toepassing zie jij in deze les dat jouw “oude mens” met Jezus begraven is en is achtergebleven in het graf?
Log in / maak een account aan om u in te schrijven of verder te gaan waar u gebleven was.
Vas schrijft: “Opnieuw gaat het hier om een zaak van geloof. Als de verleiding aanklopt, is de vraag die gesteld wordt: 'geloof jij dat jouw oude mens dood en begraven is of niet?' Als jij dat doet, dan ben je in staat om te blijven staan doordat je gelooft in en rust op het door Christus volbrachte werk. Als je het niet doet, dan word je weggeleid als een slaaf van de zonde.”
Moby schrijft: “Dit wil zeggen dat ik niet dezelfde hoef te blijven. In feite wordt er van mij verwacht dat ik word als de Ene met Wie ik ben opgestaan. Van de dingen waar ik in het verleden van hield, houd ik nu niet meer. Verder blijf ik bij de dingen die ervoor zorgen dat ik stierf (zonde pornografie, enzovoort), vandaan en omhels ik de dingen die mij leven geven.”
Deze les heeft geweldige gevolgen voor ons die geloven. Het wil zeggen dat wij niet langer meer dezelfde persoon zijn als die wij waren. Die persoon die gedomineerd werd door seksuele onreinheid, is nu dood en ligt in een graf. Zijn verlangens zijn met hem gestorven. Zijn begeerten liggen dood in het graf. Zijn hartstochten hebben geen zuurstof meer. Zij zijn allemaal dood en begraven!
Beste student, kijk ook op deze manier naar jouw oude persoon! Zie hoe jouw oude “ik”, diegene die zich voortdurend overgaf aan onreinheid als hij moe of verveeld was, die zich keerde tot die overspelige relatie als hij zich hopeloos en machteloos voelde, zie hoe hij in Jozefs graf dood ligt samen met Jezus. Zie hoe al jouw begeerten in hem geen leven meer hebben. Zie jouw oude mens als gestorven met Jezus. Hij heeft geen hartslag meer in zich.
Nu zijn wij met Jezus opgestaan in een nieuw leven. Onze nieuwe mens houdt echt van Jezus Christus, houdt van heiligheid, houdt van gerechtigheid en reinheid. Deze nieuwe mens heeft nieuwe verlangens en nieuwe “begeerten”. Net als een pasgeboren baby verlangt hij “naar de zuivere melk van het Woord” (1 Petrus 2:2). Dit woord “verlangt” is “epithumea” dat op andere plaatsen vertaald wordt met “begeerte”. Wat een verandering heeft er plaatsgevonden! Wij beginnen het Woord van God te begeren, wij willen er meer van en wij hebben het nodig. Het wordt onze trooster, op een bepaalde manier, onze “speen” omdat wij zoveel troost en intimiteit in Jezus vinden door Zijn Woord.
“U bent immers met Hem begraven in de doop, waarin u ook met Hem bent opgewekt, door het geloof van de werking van God, Die Hem uit de doden heeft opgewekt.” (Kolossenzen 2:12).
Het is “door het geloof van de werking van God, Die Hem uit de doden heeft opgewekt” dat wij met Jezus in Zijn leven, dood en opstanding verenigd zijn.
En dus vraag ik jou: Geloof jij dat? Heb jij jouw vertrouwen gesteld in het kruis van Christus? Geloof jij oprecht dat Hij voor jou gestorven is? Geloof jij in de machtige werking van God Die Jezus liet opstaan uit de dood? Dat is een belangrijke vraag.
Dit geloof is hoe wij toegang krijgen tot de kracht van God om te veranderen. Geloof is de “verbindingskabel” die ons verbindt met de krachtbron van God voor een zondaar die geen leven in zich heeft. Geloof is dat wat ons met Jezus verenigt en maakt dat wij ook in Zijn dood, begrafenis en opstanding delen. Geloof, dat gegeven is door God, past het Evangelie toe in onze harten en levens en het leidt ons uit de slavernij aan de zonde en geeft ons een nieuw leven.
Als wij knielen aan de voet van het kruis, omhoog kijken naar het met bloed besmeurde gezicht van onze Verlosser en ons vertrouwen stellen in Hem, ontvangen wij Gods kracht! Als wij in Zijn ogen de liefde zien voor ons, dan geloven wij en zo worden wij verbonden aan Hem door geloof dat ons zowel redt als heiligt. Als jij naar Hem hebt opgekeken en gered bent, blijf dan nog meer naar Hem kijken en word ook geheiligd. Blijf geloven, blijf je vertrouwen stellen in het kruis van Christus, en de veranderingen zullen komen.
Vandaag hebben wij gezien dat Jezus gestorven, begraven en opgestaan is en wij ontvangen de zegeningen van dat alles. Laten we deze les afsluiten met een illustratie die deze waarheid zal laten inzinken in onze harten en ons verstand. Ik hoop dat jij ook ziet dat elke waarheid van het Nieuwe Testament ook afgebeeld wordt in een verhaal in het Oude Testament. Deze verhalen zijn soms heel krachtig en spreken tot onze verbeelding en zorgen ervoor dat het Evangelie vaste grond vindt in onze harten. Dat is hun doel.
In deze les gaan we kijken naar een voorbeeld dat wij aantreffen in het verhaal van Jona. Even een korte samenvatting: God had Jona geroepen om naar Ninevé (vergelijkbaar met het hedendaagse ISIS) te gaan en daar te preken. Maar Jona was bang en wilde niet doen wat God hem had opgedragen en dus vluchtte hij. Hij ging precies de tegenovergestelde richting op naar een stad die Tarsis heette en hij ging op een boot die hem ver weg van Ninevé bracht.
“Maar Jona stond op om naar Tarsis te vluchten, weg van het aangezicht van de HEERE. Hij daalde af naar Jafo en vond een schip dat naar Tarsis ging. Hij betaalde de prijs voor de overtocht en daalde af in het schip om met hen mee te gaan naar Tarsis, weg van het aangezicht van de HEERE.” (Jona 1:3).
Hij daalde af naar het ruim van het schip en viel in slaap, omdat hij uitgeput was van het wegvluchten van God.
Maar Jona besefte niet dat wij niet kunnen wegvluchten van God, omdat God overal is. Jona stond op het punt om dezelfde les te leren die David leerde toen hij schreef:
“Waar kan ik Uw Geest ontgaan, waar Uw aangezicht ontvluchten? (8) Al steeg ik op naar de hemel, U bent daar; of legde ik mij neer in de hel, zie, U bent daar. (9) Nam ik vleugels van de dageraad, woonde ik aan het einde van de zee, (10) ook daar zou Uw hand mij leiden en Uw rechterhand mij vasthouden. (11) Zei ik: Ja, duisternis zal mij opslokken! – dan is de nacht een licht om mij heen. (12) Zelfs de duisternis maakt het voor U niet duister, maar de nacht licht op als de dag, de duisternis is als het licht.” (Psalmen 139:7-12).
Jona vluchtte weg van God in de hoop zich voor Hem te kunnen verbergen. Maar God zond een verschrikkelijke stom die dreigde om de boot te laten kapseizen. Beste student, heb jij het ook gemerkt dat als je wegvlucht van God, je altijd vast komt te zitten in een of andere zware storm? Het is echt zo, want God verzekert Zich ervan dat het gebeurt, omdat Hij van jou houdt.
Dus Jona zit in de boot en een zware, levensbedreigende stom slaat over het schip heen. Jona weet dat deze storm woedt, omdat hij op de vlucht is voor God:
“Zij zeiden dan tegen hem: Wat moeten wij met u doen, zodat de zee ons met rust laat? Want de zee werd hoe langer hoe onstuimiger. (12) Daarop zei hij tegen hen: Pak mij op en werp mij in de zee; dan zal de zee u met rust laten, want ik weet dat deze zware storm u omwille van mij overkomt.” (Jona 1: 11-12).
Dit is wat er vervolgens gebeurde:
“Toen riepen zij de HEERE aan en zeiden: Och HEERE, laat ons toch niet vergaan om het leven van deze man! Leg geen onschuldig bloed op ons! Want U, HEERE, doet zoals het U behaagd heeft. (15) Daarop pakten zij Jona op en wierpen hem in de zee. En de woedende zee kwam tot bedaren. (16) Toen werden de mannen zeer bevreesd voor de HEERE; zij brachten de HEERE een slachtoffer en legden geloften af. (17) En de HEERE beschikte een grote vis om Jona op te slokken. Jona was drie dagen en drie nachten in het binnenste van de vis.” (Jona 1:14-17).
“Toen bad Jona tot de HEERE, zijn God, vanuit het binnenste van de vis. (2) Hij zei: Ik riep uit mijn benauwdheid tot de HEERE en Hij antwoordde mij. Uit de schoot van het graf riep ik om hulp, U hoorde mijn stem. (3) Want U wierp mij de diepte in, in het hart van de zeeën, een watervloed omringde mij; al Uw baren en Uw golven sloegen over mij heen. (4) En ík zei: Verstoten ben ik van voor Uw ogen; toch zal ik opnieuw aanschouwen Uw heilige tempel. (5) Water omving mij, bedreigde mijn leven, de watervloed omving mij. Zeewier was om mijn hoofd gebonden. (6) Naar de diepste gronden van de bergen daalde ik af in de aarde; haar grendels sloten zich voor eeuwig achter mij. Maar uit het verderf trok U mijn leven omhoog, HEERE, mijn God!” (Jona 2:1-6).
Jona wist wat de oorzaak van de storm was; dus vertelde hij dit aan de zeelui en zij wierpen hem overboord en terwijl zij dat deden, kwam “… de woedende zee … tot bedaren”.
Als jij het verhaal verder kent, dan weet je dat Jona opgeslokt werd door een grote vis en daar drie dagen en nachten verbleef in de diepten van de oceaan, voordat hij weer boven water kwam en uitgespuugd werd op het land. Waarna hij alsnog naar de Ninevieten ging en daar preekte.
Er zijn heel veel wijze lessen die wij kunnen leren van het leven van Jona, maar let er eens op wat Jezus Zelf over Jona zei:
“Maar Hij antwoordde en zei tegen hen: Een verdorven en overspelig geslacht verlangt een teken, maar het zal geen teken gegeven worden dan het teken van Jona, de profeet. (40) Want zoals Jona drie dagen en drie nachten in de buik van de grote vis was, zo zal de Zoon des mensen drie dagen en drie nachten in het hart van de aarde zijn.” (Mattheüs 12:39-40).
Nu zien wij dus dat het verhaal van Jona een teken was dat vooruitwees naar de dood, begrafenis en opstanding van Jezus Christus. Laten we er dan op deze manier ook naar kijken.
Vraag 7. Wat gebeurde er met Jona, toen hij in de zee geworpen werd (Jona 1:14-15)?
Log in / maak een account aan om u in te schrijven of verder te gaan waar u gebleven was.