Les 4. Gods doel met de slavernij aan de zonde: wij hebben het Evangelie nodig
Vraag 1
Welkom terug in onze cursus. We willen kort terugkijken naar wat we de laatste lessen hebben bestudeerd. In de afgelopen lessen stond het doel van God met onze zonden centraal. Kort samengevat:
Het doel van de slavernij aan de zonde:
dat God ons genade geeft;
dat wij gebroken en vernederd worden;
dat wij inzien dat wij het Evangelie nodig hebben;
dat wij de zonde mogen leren haten en hiertegen vechten.
Tot dusver hebben wij geleerd dat God ons een tijd overgeeft aan ongehoorzaamheid, opdat Hij genade aan ons kan bewijzen. Verder geeft God ons ook vaak over aan de slavernij van de zonde om ons zo naar Jezus te brengen, waar we gebroken en nederig worden en daardoor ontvankelijk zijn voor de genade en genezing die Hij aan het kruis schenkt.
Als ik terugkijk op mijn periode van gebrokenheid, liet God mij twee dingen heel duidelijk zien: ten eerste dat mijn verleden vol was met relaties die kapot waren gegaan en dat er veel mensen waren die door mij beschadigd waren. Ten tweede dat ik op dat moment volledig en compleet verslaafd was aan de zonde en er was niets wat ik hier aan kon doen. Ik was volledig afhankelijk van Jezus voor mijn eigen genezing en de genezing van hen die ik pijn had gedaan vanwege mijn zonde.
Vraag 1. Welke dingen zie jij op dit moment in jouw leven? Zijn er zaken waarvoor jij ook genezing nodig hebt? Of relaties die hersteld moeten worden? Wil jij dat hier met ons delen?
Log in / maak een account aan om u in te schrijven of verder te gaan waar u gebleven was.
Karac deelt dit: “Als ik nu terugkijk naar mijn leven, dan heb ik zoveel tijd verspild vanwege mijn zonde. Ik had al jaren verder kunnen zijn in mijn relatie met God, in mijn heiliging, maar ook in de relatie met mijn vrouw en in het getuige zijn naar andere mensen toe. Mijn zonde en de depressie die daarop volgde, hebben ervoor gezorgd dat ik alleen maar met mijzelf bezig was, dat ik egoïstisch was en erg zielig in heel veel andere dingen. Ik kan het haast niet geloven als ik op de afgelopen jaren terugkijk.”